Lees hier verder:

Katers worden meestal op de leeftijd van 5 a 6 maanden gecastreerd. Dan zijn ze geslachtsrijp. 
De voornaamste reden voor castratie:

• is het voorkomen van voortplanting
• is het voorkomen dat hij gaat sproeien in huis.

De operatie:
We snijden de balzak over de testikel heen in. Via die huidsnede wordt de testikel naar buiten geduwd. De bindweefsellaag over de testikel wordt ingesneden. De zaadstreng en bloedvaten worden van elkaar gescheiden. De zaadstreng maken we van de testikel los, waarna we verschillende knopen leggen in de zaadstreng met bloedvat. De testikel wordt er vervolgens afgesneden en de knopen schieten weer terug in de wond. Na het verwijderen van beide testikels brengen we een wondspray aan op de huidwond. Er worden geen hechtingen op de huid aangebracht.

Nazorg:
De meeste katers hebben weinig tot geen last van deze ingreep. Binnen een aantal dagen zijn de huidwondjes dicht.
De stofwisseling wordt trager en daardoor kan het gewicht stijgen in de loop van de tijd met dezelfde hoeveelheid voeding. Ons advies is om ¼ deel minder voer te geven en om eventueel over te stappen naar voeding voor de gecastreerde kat. Dit voer bevat minder calorieën.

De sterilisatie van de kat (officieel castratie) is een relatief eenvoudige buikoperatie. Bij de kat worden over het algemeen alleen de eierstokken verwijderd. Wij adviseren om uw kat op een leeftijd van ongeveer 5-6 maanden te laten steriliseren. Op die leeftijd is het narcoserisico minimaal. Dit is voor de eerste krolsheid. De kans op borsttumoren is dan erg klein (bij 90% van de gevallen van borsttumoren is er sprake van kwaadaardige tumoren). Een baarmoederontsteking en/of baarmoedertumoren kunnen niet meer ontstaan.

De operatie:
Via een kleine buiksnede wordt eerste de linker eierstok naar buiten gehaald. Aan de ene kant van de eierstok binden we het bloedvat af en aan de andere kant de baarmoederhoorn. Daarna kunnen we de eierstok er tussen uit knippen. Dan is de rechter eierstok aan de beurt. Als de baarmoeder er afwijkend uit ziet, wordt deze ook verwijderd. Bij jonge katten komt dat zelden voor. Daarna wordt de buik in 3 lagen gesloten. De laatste laag is onderhuids waardoor je alleen een streepje ziet op de huid. We plakken daarna een pleister op de wond, als bescherming en als indicator of er aan de wond gelikt wordt.

Nazorg:

• Als uw kat sloom wordt na de operatie en de tong en slijmvliezen zijn bleek , kan ze een bloeding in de buik hebben. 
• De stofwisseling wordt trager en daardoor kan het gewicht stijgen in de loop van de tijd, met dezelfde hoeveelheid voeding. Ons advies is om ¼ deel minder voer te geven en om eventueel over te stappen naar voeding voor de gesteriliseerde kat. Dit voer bevat minder calorieën.

Uw kat moet nuchter zijn op de dag van operatie/narcose. Dat betekent dat u de avond voor de operatie /narcose vanaf 20:00 uur uw kat geen eten meer mag geven. Drinken mag uw kat tot een uur voor de operatie/narcose. Dat betekent dat uw kat vanaf 20:00 uur huisarrest heeft en u het eten weg moet halen.
Op de dag van de operatie/narcose verwachten wij u met uw kat op de afgesproken tijd. Meestal betekent dit dat u uw kat om 8:15 uur brengt. Uw kat wordt dan opgenomen. Uw gegevens worden gecontroleerd, zodat we u kunnen bellen wanneer uw kat weer naar huis kan en dat we u kunnen bellen voor eventueel overleg. Mocht u graag bij het geven van de narcose aanwezig willen zijn dan kan dat. Dit kunt u aangeven bij het maken van de afspraak.

De voorbereiding:
Uw kat wordt eerst helemaal nagekeken, het zogenaamde preanaesthetisch onderzoek. Dit gebeurt bij elk dier dat onder narcose gaat, om zo de kans op complicaties tijdens en na de operatie te verkleinen. Vaak hebben we van te voren al besproken of er ook eerst nog een pre-anaesthetisch bloedonderzoek gedaan moet worden. Dit is met name van belang bij oudere dieren. 
Als we genoeg informatie hebben om uw kat met zo min mogelijk risico’s onder narcose te brengen, krijgt uw kat een injectie met een narcosemiddel. Afhankelijk van het soort operatie en de toestand van uw kat kan het zijn dat we een infuus aanleggen.
Als uw kat onder narcose is, krijgt uw kat een injectie met een pijnstiller.  Dan gaan we een buisje in de luchtpijp plaatsen (intuberen) als het een wat langere operatie is of een gebitsbehandeling. Daardoor blijft de luchtweg vrij en kunnen we uw kat in de operatiekamer aansluiten op het gasnarcoseapparaat en de bewaking. Eerst wordt nog het operatiegebied geschoren voordat uw kat naar de operatieruimte gaat. Daar wordt uw kat aangesloten op hartbewaking, zuurstofmeter en capnograaf, zodat wij uw dier goed in de gaten kunnen houden. Uw kat wordt in de juiste positie, op een warmtematje,  op de operatietafel gelegd en gestabiliseerd, zodat het operatiegebied goed toegankelijk is. Voordat de chirurg kan starten wordt eerst het operatiegebied nog gedesinfecteerd.

Als we klaar zijn met de operatie of andere handelingen dan, wordt uw kat onder een dekentje in een hok gelegd om rustig wakker te worden. Uw kat krijgt afhankelijk van het soort narcose een injectie met een tegengif, wat het wakker worden bespoedigd.
De assistente controleert de temperatuur regelmatig en plaatst een warmtelamp als deze te laag is. De tube wordt verwijderd uit de luchtweg als uw kat voldoende wakker is. 
Wanneer uw kat weer mee naar huis kan, wordt u gebeld. Dat is meestal in de loop van de middag. U krijgt een brief mee en mogelijk medicijnen zoals bijvoorbeeld een pijnstiller. Op die brief staat precies waar u op moet letten na een narcose/operatie. Daar staat ook de specifieke informatie van de operatie op en mogelijk adviezen en verdere behandelingen.

Waar moet u op letten en hoe weet u of alles goed gaat? 
Dieren die een narcose hebben ondergaan zijn soms nog wat gedesoriënteerd. Vandaar een aantal adviezen:

• Voordat u uw dier weer wat te eten geeft, kijk dan eerst of uw kat weer goed kan slikken. Laat uw kat daarom eerst wat water drinken en als dat goed gaat mag uw kat weer wat eten. Geef uw kat echter niet meteen een volle bak voer, want uw kat is mogelijk erg hongerig (is al lang nuchter). Hierdoor kan uw kat erg gulzig gaan eten en zich daarbij verslikken en misschien ook gaan braken. 
• Houd uw kat de eerste dagen binnen. Door een verminderd reactievermogen kunnen ze makkelijker onder een auto lopen of bijvoorbeeld in de vijver vallen.
• Uw kat moet gedurende de periode na de operatie niet slomer worden, wanneer dat gebeurt, moet u ons bellen. 
• Uw kat mag niet aan de wond gaan likken, hierdoor kan de wond weer open gaan of gaan ontsteken. Om het likken te voorkomen, kunt u een kraag of een medical pet shirt halen op de praktijk. 
• Als u medicijnen mee naar huis heeft gekregen voor uw kat, volg dan de voorschriften op die op de doos staan. |
• Wanneer er knoophechtingen in de huid aanwezig zijn, moeten deze 10 dagen na de operatie verwijderd worden. U kunt hiervoor een afspraak maken bij het ophalen van uw kat na de operatie. 
• Twijfelt  u over de toestand van uw kat? Bel gerust! We hebben liever dat u een keer te vaak belt dan te laat…..Wij helpen u graag!

Het chippen van katten staat op dit moment ter discussie. Binnenkort wordt het chippen van katten waarschijnlijk ook verplicht gesteld. Dit om het aantal zwerfkatten terug te brengen. Ook wanneer een kat is gevonden en is gechipt, kunnen we de eigenaar berichten dat hun kat is gevonden. Verder is het bij de ziektekostenverzekering voor katten verplicht om het dier te chippen.

We begrijpen dat een bezoek aan ons spannend kan zijn voor u en uw kat. Daarom zijn we trots op onze ZILVEREN accreditatie als ISFM Cat Friendly Clinic. De ISFM Cat Friendly Clinic-accreditatie is een internationaal erkende onderscheiding. Het houdt in dat we aan bepaalde criteria voldoen om ervoor te zorgen dat uw kat zo weinig mogelijk stress ervaart in onze kliniek. Voor meer informatie over wat dit betekent voor uw kat kunt u terecht op www.catfriendlyclinic.org.
Stress heeft een enorme impact op het welzijn van katten. We zijn dan ook trots dat we onszelf van het ISFM ‘katvriendelijke kliniek’ mogen noemen. We doen ons uiterste best om zoveel mogelijk oorzaken van stress bij katten weg te nemen als ze ons een bezoek brengen.
Als u een bezoek brengt aan onze kliniek, vragen we u om te gaan zitten in het voor katten gereserveerde deel van de wachtkamer. Als ISFM Cat Friendly Clinic hebben we aparte wachtruimtes voor honden en katten om ervoor te zorgen dat uw kat zo weinig mogelijk stress ervaart. 
Een verblijf in de kliniek, buiten hun vertrouwde omgeving, kan erg stressvol zijn voor katten. Daarom doen we alles wat we kunnen om ervoor te zorgen dat katten ontspannen zijn en zich comfortabel voelen. Al onze katten patiënten verblijven op een aparte, rustige afdeling zonder honden. Dit beleid maakt ook onderdeel uit van ISFM Cat Friendly Clinic-accreditatie.
Ook hebben we extra ruime kattenverblijven om onze katten patiënten in op te vangen. Zo zijn ze verzekerd van optimaal comfort terwijl ze behandeld worden.
Als klantvriendelijke kliniek geven we uw kat de tijd om aan onze omgeving te wennen. U hoeft dus niet raar op te kijken als de dierenarts uw kat bij binnenkomst in de spreekkamer eerst de kamer laat inspecteren en dan pas aan het onderzoek begint. Door zijn omgeving te verkennen, ervaart uw kat minder stress. Al onze dierenartsen en assistentes begrijpen dat katten voorzichtig, kalm en invoelend benaderd moeten worden zodat ze tijdens hun bezoek zo min mogelijk stress ervaren. 
Ziet u op tegen een bezoek aan de dierenarts? Onze kliniek is door het ISFM geaccrediteerd als klantvriendelijke kliniek. Hier volgen nog handige tips voor het verminderen van stress bij uw kat.

Katten zijn onafhankelijke territoriale dieren die graag controle hebben over hun omgeving en gevoelig zijn voor verschillende geuren. Dit kan een bezoek aan de dierenarts stressvol maken.

Kies een goede reismand voor uw kat

• De mand moet robuust zijn en makkelijk schoon te maken (bijv. van kunststof/plastic).
• Het makkelijkst is dat de bovenkant van de mand eraf kan, zodat de kat er makkelijk en rustig in en uit te tillen is. 
• Bedek de mand met een handdoek gedurende de reis om de kat rustig te houden. 
• Zorg ervoor dat de mand in de auto goed vaststaat en het niet kan omvallen. 
• Houd de mand goed vast en voorkom zwaaien en stoten van de mand. 

Bekende geuren maken uw kat minder gestrest

• Gebruik de reismand thuis. Moedig uw kat aan om erin te slapen of geef er soms wat voer in, zodat de kat de mand niet alleen met het bezoek aan de dierenarts koppelt. 
• Gebruik een (hand)doek/kussentje als er ondergrond met de geur van thuis. 
• Wrijf met een doek over de kop van uw kat om zijn geur op te pikken en wrijf daarna de reismand in met deze doek en laat hem erin liggen.
• U kunt eventueel de Feliway® spray gebruiken. Spray de mand 30 minuten van tevoren in.
• Als uw kat in paniek raakt, wikkel hem dan in een deken en plaats beide in de mand. 
• Neem een extra handdoek (met geur van thuis) mee voor als uw kat de mand bevuilt. 

In de wachtkamer

• Neem plaats in de speciale hoek in de wachtkamer voor katten.
• De mand kan op een van de planken geplaats worden zodat uw kat van de grond af is.
• Kies een rustige plek en laat de mand bedekt.
• Indien nodig, is het een mogelijkheid uw kat in de auto te laten tot u aan de beurt bent. 

In de spreekkamer

• Als een ISFM Cat Friendly Clinic hebben we beloofd dat alle medewerkers  katten rustig en met begrip behandelen. 
• We proberen katten eerst een beetje tot rust te laten komen,
• Als u iets niet begrijpt, vraag dan om uitleg. 
• Als u onzeker bent over het toedienen van medicatie, vraag dan de dierenarts of assistente om hulp. 

Opname in de praktijk

• Als een ISFM Cat Friendly Clinic voldoet onze opname aan specifieke eisen. U mag altijd kijken waar uw kat terecht komt. Onze kattenopname is gescheiden van onze hondenopname of heeft een apart gedeelte voor katten binnen de opname. Daarnaast zorgen we voor een fijne lig- en/of schuilplek voor uw kat. U mag altijd een eigen handdoek of deken meenemen met de geur van thuis. Dit geldt ook voor voer of eventuele specifieke kattenbakkorrels als uw kat langer bij ons in de opname blijft. U heeft ook altijd de mogelijkheid om kat te bezoeken tijdens zijn opname bij ons.

Na een verblijf in onze praktijk is er eventuele speciale nazorg thuis nodig. Om u hier zo goed mogelijk in te begeleiden krijgt u van ons een nazorgbrief mee waar deze zorg in beschreven staat. Wanneer u iets niet vertrouwt kunt u ten alle tijden contact met ons opnemen. 

Herintroductie met andere katten in huis
Uw kat kan anders ruiken door het bezoek aan de praktijk, helemaal bij een opname van langer dan een dag. Deze geuren kunnen andere katten in huis angstig maken en het is dus verstandig om de katten voorzichtig weer te herintroduceren:

• Zorg ervoor dat u aanwezig bent als de katten elkaar weer voor het eerst zien.
• Zorg dat de kat die thuiskomt niet overweldigd wordt door aandacht van mensen of huisdieren. 
• Geef uw kat de kans weer naar thuis te ruiken, voordat hij weer gemixt wordt met de andere katten.
• Indien nodig, houd uw katten dan voor 1-2 dagen gescheiden om ze geleidelijk weer in contact met elkaar te laten komen. 
• Was alle handdoeken en dekens die naar de praktijk ruiken. 
• Mix de geuren van de kat door ze om de beurt te aaien, met name rondom de kop. 
• De favoriete ligplaats van uw kat kan ingesprayed worden met Feliway® (een kattenferomoon dat zorgt voor vermindering van stress).

Uw kat eten geven
Na een operatie of opname kan het zijn dat uw kat niet wil eten. Om ze aan te moedigen kunt u het volgende proberen:  

• Verwarm natvoer tot lichaamstemperatuur (ongeveer 10 seconden in de magnetron)
• Bied extra lekker voer aan. 
• Aan de balie kunt u ook om extra smakelijk voer vragen, bijvoorbeeld Hill’s® A/D of Royal Canin® Recovery.
• Geef wat vaker kleine porties en haal het voerbakje tussentijds weg. 
• Probeer indien nodig uw kat met de hand te voeren terwijl u hem ondertussen aait. 
• Soms helpt het om een beetje voer op een voorpootje of lip te smeren.
• Gebruik een ondiepe voerbak, zodat de snorharen de voerbak niet raken. 
• Neem contact op met de praktijk als uw kat langer dan één of twee dagen niet eet!
• Twijfel?! Als er ook maar iets is waar u zich zorgen over maakt, neem dan contact op met de praktijk. 

Het geven van tabletten aan uw kat kan stressvol zijn en maar weinig katten werken mee. Het is echter erg belangrijk dat een kuur volledig afgemaakt wordt. Mocht u problemen ondervinden, neem dan contact op met onze praktijk. We zullen proberen u te helpen.

Kan de tablet met of in voer gegeven worden?

Sommige tabletten zijn smakelijk en zullen vrijwillig door uw kat opgegeten worden. Andere tabletten kunnen verstopt worden in een stukje van het favoriete voer (bijv. in een stukje kaas, vlees of vis) of vermalen worden door wat natvoer. Sommige tabletten mogen echter niet gebroken worden of met voer in gegeven worden. Vraag dit bij twijfel altijd even na bij een van onze dierenartsen.

Het geven van een tablet:

• Hanteer uw kat rustig. Indien uw kat zeer gestrest wordt, neem contact met ons op om eventuele alternatieve te onderzoeken.
• Laat iemand uw kat vasthouden als u een tablet wilt ingeven. Als alternatief kan de kat in een grote handdoek gewikkeld worden om te voorkomen dat ze weglopen of dat u gekrabd wordt.
• Gebruik uw handen, armen en lichaam om uw kat stil en opgesloten te houden.

• Houd de kop van uw kat stevig, maar voorzichtig vast. Plaats uw duim en wijsvinger op beide kanten van het kaakbot achter de mondhoeken. Dit gebied stevig vasthouden doet uw kat geen pijn, maar geeft wel een goede controle over zijn kop.
• Houd de pil vast tussen uw duim en wijsvinger van de andere hand.
• Kantel de kop van uw kat naar achteren zodat de neus naar boven wijst.
• Open de bek door met een vinger druk te geven op de onder snijtanden/onderkaak en duw deze voorzichtig naar beneden.

• Eenmaal open, leg de tablet dan snel zo diep mogelijk in de bek neer en laat de onderkaak los. Houd de kop van uw kat nog wel omhoog zodat het pilletje naar beneden ‘glijdt’.
• De truc is om de tablet zover mogelijk naar achteren te krijgen zodat uw kat de tablet alleen nog maar door kan slikken en niet meer uit kan spugen!
• Een ‘pillenschieter’ kan ook gebruikt worden. Dit voorkomt dat het nodig is een vinger in de bek te plaatsen.
• Voor het makkelijk doorslikken kan er via een spuitje wat water worden gegeven. Controleer bij uw dierenarts wat het beste is.

*Er zijn enkele video’s die u laten zien hoe u uw kat een tablet kan geven: www.youtube.com/user/iCatCare

Het gebruik van een pipet
De meeste anti-vlo middelen en sommige ontwormmiddelen zijn in pipetvorm; in gebruik is dit vaak een stuk makkelijker bij katten dan een tabletvorm. Het is voor een goede werking echter belangrijk dat het product goed op de huid wordt aangebracht en niet alleen op de haren blijft zitten, anders werkt het product niet voldoende. 

• Lees de gebruiksaanwijzing goed door. Sommige producten moeten op 2 verschillende plekken aangebracht worden.
• Houd je kat rustig vast. Een tweede persoon erbij kan het makkelijker maken of wikkel uw kat in een handdoek als ze erg beweeglijk zijn. 
• Maak een scheiding in de vacht achter de nek van uw kat (tussen het hoofd en de schouders in) zodat de huid goed zichtbaar is. 
• Breng de pipet goed op de huid aan. Probeer zo min mogelijk op de haren aan te brengen. 

WAARSCHUWING! Gebruik nooit een pipet voor honden bij uw kat! Sommige producten bevatten permethrin; deze stof kan dodelijk zijn voor uw kat. Bij twijfel neem dan contact met ons op. 

Het geven van oorzalf

• Houd uw kat stevig, maar voorzichtig vast. Een tweede persoon erbij kan het makkelijker maken of wikkel uw kat in een handdoek als ze erg beweeglijk zijn.
• Hou de kop en het oor vast met uw handen en draai het hoofd een beetje naar een kant zodat het oor waar de medicatie in moet boven zit. 
• Zet de tube verticaal in het oor, geef een goede kneep in de flacon om de gehoorgang te vullen met zalf. Houd het hoofd vast om schudden te voorkomen. 
• Masseer de oor basis zacht om de zalf te laten verspreiden in de gehoorgang. Doe dit niet te hard, dit kan namelijk extra irritatie geven. 

Het geven van oogzalf

• Houd uw kat stevig, maar voorzichtig vast. Een tweede persoon erbij kan het makkelijker maken of wikkel uw kat in een handdoek als ze erg beweeglijk zijn. 
• Houd de kop van uw kat vast met uw handen en lift het hoofd zo dat de neus naar boven wijst. 
• Open voorzichtig de oogleden aan één kant met een duim en vinger. 
• Laat de hand met tube op het hoofd rusten.
• Druppel een aantal druppels of een lijntje ter grootte van een rijstkorrel op de oppervlakte van het oog (zoals voorgeschreven is door uw dierenarts).
• Indien nodig sluit de oogleden en masseer zachtjes voor het verspreiden van de zalf. 

*U kunt voor extra hulp ook naar een aantal instructievideo’s kijken op:  www.youtube.com/user/iCatCare

Waarom is het nodig de voeding van uw kat te veranderen?

Uw dierenarts kan u aanbevelen om uw kat een ander of speciaal dieet te geven. Dit kan nodig zijn, bijvoorbeeld om:

• Uw kat te ondersteunen bij een bepaalde ziekte (bijv. nierziekte of blaasproblemen).
• Uw kat naar een gezond gewicht af te laten vallen. 
• Bij gebrek aan eetlust te verleiden om te gaan eten 
• Het herstel na operatie of bij ziekte te verbeteren. 
• De voeding van uw kat op basis van zijn leeftijd en zijn behoeftes te verbeteren.

Hoe wijzigt u de voeding van uw kat? 

Sommige katten ontwikkelen een sterke voorkeur voor bepaalde voedingsmiddelen, maar na een paar eenvoudige tips kan het veranderen van een dieet veel makkelijker gaan. 
Volg altijd het advies op van uw dierenarts over hoe u een nieuw dieet kunt introduceren, maar hier zijn algemene suggesties:

• Breng wijziging in het nieuwe dieet geleidelijk aan, gedurende 3-7 dagen (of zelfs nog langer als u een zeer kieskeurige kat hebt).
• Begin door het mengen van een kleine hoeveelheid van het nieuwe dieet met de oude voeding: ongeveer 1/4 nieuwe voeding en 3/4 oude voeding.
• Als uw kat het nieuwe dieet accepteert, ga dan geleidelijk de hoeveelheid van het nieuwe voer verhogen en tegelijkertijd de hoeveelheid van de oude voeding afbouwen. Doe dit in een paar dagen tijd totdat alleen nog het nieuwe dieet wordt gegeven.
• Als uw kat moeite heeft om aan het nieuwe dieet te wennen, zorg dan dat u met meer beleid dit voeding introduceert en neem hiervoor een langere periode.
• Bij gebruik van ‘nat’ (blik of zakje) voedsel: het voer lichtjes opwarmen (ongeveer 10 sec. in de magnetron) ter verbetering van de geur en smakelijkheid.
• Als het wennen aan de nieuwe voeding geleidelijk is gegaan, accepteren de meeste katten een verandering van dieet, maar neem contact op met uw dierenarts als u hierover meer vragen hebt.